Zondag gaan ze weer schaken om het wereldkampioenschap. In Astana (Kazachstan) begint dan de match tussen Ian Nepomniachtchi en Ding Liren.
Wij zijn niet blij met deze match. In 1972 veroverde Bobby Fischer de wereldtitel voor de vrije wereld. Zijn match met de Sovjet-burger Boris Spassky was onderdeel van de Koude Oorlog, niet in het minst door de uitbundige en warme steun van Henri Kissinger waarop Fischer zich mocht verheugen. Dat hij won werd uitgelegd als een overwinning van het kapitalisme. Helaas was Fischer geen betrouwbare soldaat. Hij weigerde de titel te verdedigen tegen de communist Anatoli Karpov. Deze behield de kroon toen hij werd uitgedaagd door de dissident Victor Kortsnoj, maar hij moest het gelukkig afleggen tegen die andere dissident, Garry Kasparov. Wij westerlingen konden weer rustig gaan slapen. Kasparov was een bondgenoot, en zijn opvolger Vladimir Kramnik was te zeer verwestert om als een representant van het communistische systeem te kunnen doorgaan. Het communisme was toen overigens al overwonnen, maar Rusland bestond nog.
Magnus Carlsen werd wereldkampioen in 2013. Sindsdien leken wij de titel vast in handen te hebben, maar Carlsen bleek even onbetrouwbaar als Fischer. Ook hij heeft zonder spelen de titel opgeven waardoor die weer in vijandelijke handen komt. Zondag gaan een Rus en een Chinees strijden om het kostbaarste bezit in schaakland, de wereldtitel.
Een kostbaar verlies? Welnee, vooruitgang , … toch?
De verschuiving van het centrum van de wereldschaakwereld richting oosten is een historische lange termijnontwikkeling. Het klassieke schaken verdwijnt langzaam uit zicht. In het vrije westen zijn het online rapid en blitz de belangrijkste vormen van schaaksport aan het worden. Het snelle rapid en blitz zijn in de moderne media-industrie veel lucratiever te vermarkten dan het klassieke schaakspel met zijn wekenlange WK-matches en trage tempo. Magnus Carlsen is wereldkampioen rapid en blitz en hij is van plan die titels te blijven verdedigen. De opruiming is in volle gang. Terwijl schaaksites als chess.com floreren, worden de schaakrubrieken van Hans Ree en Gert Ligterink in de oude media NRC en Volkskrant opgedoekt. Op de website van de KNSB moet je met een vergrootglas zoeken naar de maandelijkse uitslagen van de clubcompetitie, ooit de belangrijkste wedstrijd van het jaar.
Maar …., in een dorp in de Kop van Drenthe houdt een groep dappere schakers moedig stand. Schaakclub Roden bloeit en groeit.
Ik woon in Roden en ik zit voor een vol schaakbord. Vanuit de beginstelling doe ik een paar zetten en de stukken en pionnen komen tot leven, een dynamisch spel ontstaat van dreiging en tegendreiging, van list en tegenlist, van lijnen, rijen en diagonalen, een spel van zwakke velden en sterke paarden, van goede lopers en dolle torens. Ik sluit me op in de miniwereld van de 64 velden waarin geopolitiek geen rol speelt en ik geniet van de magie van het schaakspel. Niet de kampioenstitels, maar het schaakspel is ons kostbaarste bezit. Daarom zal ik Nepo - Ding aandachtig volgen.