In het dal van de Ganges in Noordwest India ontstond in de 6e eeuw een soort oerschaak. Het spel bestond uit het nabootsen van een veldslag tussen twee legers. De stukken stelden olifanten, ruiters en soldaten voor. Vanuit India verspreidde het spel zich in de 7e en 8e eeuw naar Perzië. Toen de Arabieren aan het einde van de 7e eeuw Perzië veroverden maakten ze kennis met het schaakspel. De Arabieren waren hartstochtelijke schakers en het spel werd aangeprezen om logisch te leren denken en vooruit te zien. In deze periode werden de eerste schaakboeken geschreven. De Moren brachten het spel naar Spanje en via Italië drong het spel de rest van Europa binnen. In de 12e eeuw werd in alle lagen van de bevolking driftig geschaakt. De kerk was tegen het schaakspel omdat veel op de uitslag van een partij werd gegokt en dit soms eindigde met gewelddadigheden. Het spel werd voor geestelijken verboden. De bisschop van Florence werd betrapt toen hij in een herberg waar hij overnachtte zat te schaken. Ter boetedoening moest het driemaal een aantal psalmen lezen en geld aan de armen schenken. Vanaf de 18e eeuw verspreidde het schaakspel zich verder over de wereld. In de 19e eeuw was de Amerikaanse schaker Morphy wereldberoemd. In 1935 werd Max Euwe wereldkampioen en ontstond in Nederland en enorme belangstelling voor het schaken. Vandaag de dag wordt door miljoenen mensen over de hele wereld geschaakt. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat schaken een goede training voor de hersenen is waardoor waarschijnlijk minder snel ouderdomsverschijnselen optreden. Ook het sociale aspect door lid te zijn van een schaakvereniging kan belangrijk zijn.

Afgelopen maandagavond werd door ca. 30 deelnemers in Trefpunt Scheepstra de zesde ronde van de interne competitie gespeeld. Hierbij werd voor het eerst gebruik gemaakt van de door gastheer Cosis ter beschikking gestelde extra speelruimte. Lieuwe Boskma en Pieter Doller streden om de koppositie. Na de opening stond de koning van Pieter nog in het midden en kon moeilijk een veilige schuilplaats vinden. Dit was het thema in de hele partij. Pieter kreeg tegenspel op de koningsvleugel maar uiteindelijk werd de kwetsbare opstelling van de koning hem fataal. Lieuwe voert nu weer de ranglijst aan. In de partij tussen Tom Visser en Ward Romeijnders kreeg Tom na de opening een wat gedrukte stelling. Na afruilen van een aantal stukken werd dit iets beter. Ward kon echter een toren op de zevende rij plaatsen wat meestal een belangrijk voordeel oplevert. In deze partij was dit niet voldoende voor winst en ontstond een eindspel waarbij Tom drie pionnen en een paard en Ward drie pionnen en een loper had. Ward overschreed echter de bedenktijd en verloor de partij. Deze boeiende partij had een beter slot verdiend. Door deze uitslag komt Tom op de tweede plaats van de ranglijst. Richard Matulessy liet zien dat hij na dertien jaar afwezigheid het schaken nog niet verleerd is. In de partij tegen Jeppe Teensma hadden beide spelers winstkansen maar won Richard uiteindelijk met een mooi uitgevoerde koning aanval.